Ushuaia 11.02.08

We zijn twee volle dagen in Punta Arenas. Beide dagen stormt het geweldig. Zelfs in de stad zijn de windstoten overweldigend. Als we op dinsdag met de boot over de Straat van Magallanes varen naar Tierra del Fuego (Vuurland) waait het nog hard. De volgende dag is het niet anders, maar we hebben geluk. Met de storm in de rug blazen we over een goede dirt road 150 kilometer verder naar San Sebastian. Regelmatig moeten we remmen om niet teveel snelheid te krijgen. San Sebastian is niets meer dan een grensovergang, een duur hotel en een benzinestation. Dit is de zoveelste grens tussen Chili en Argentinie die we oversteken. We weten dat fietsers soms slapen in een kamer bij het douanegebouw. We vragen de beambte of er een plaats is waar we kunnen kamperen of dat er andere mogelijkheden zijn. Hij brengt ons naar een soort wachtkamer. In de ruimte is een kachel, een paar banken en een aanrecht met water en een tweepits gasstel. Allemaal gratis tot onze beschikking. De toiletten zijn bij de benzinepomp. Na enige tijd komt ook onze Sloveense medefietser en met ze´n drieen hebben we een gezellige en warme avond.
De volgende drie dagen naar Ushuaia is er nagenoeg geen wind. We hebben zoveel verhalen gehoord en gelezen van fietsers die onmogelijk verder konden vanwege de wind. Voor ons is het een eenvoudige fietstocht naar Ushuaia, de meest zuidelijke stad ter wereld waar we op 9 februari aankomen na bijna 12000 fietskilometers door Zuid-Amerika.
We blijven hier tot donderdag. Dan vliegen we naar Iguazu in het noordoosten van Argentinie waar we de grote watervallen gaan bezoeken. Daarna fietsen we naar Buenos Aires.